|
Een hobbyclub demonstratie scheikunde |
De Realisatie Als de roman 'De Jongens van de Hobby Club' in 1947 uitkomt, krijgt schrijver Leonard de Vries vele reacties. Kan
dit boek geen werkelijkheid worden? Er wordt besloten om een maandblad op te richten, dat kan werken als motor voor echte
hobbyclubs. Het eerste nummer van 'Hobby Club' verschijnt ter gelegenheid van de tentoonstelling 'Jeugd van Nederland' in
het RAI-gebouw in Amsterdam. Het is augustus 1949. Twee maanden
later zijn er al 17 hobbyclubs opgericht, een jaar later telt Nederland maar liefst 70 hobbyclubs. Lang niet overal lukt het
om het voorbeeld uit het boek geheel na te volgen. De eigen ruimte die 'De jongens van de Hobby Club' voor een zeer zacht
prijsje in het boek weten te huren, blijft voor veel hobbyclubs in de praktijk een lastig te bereiken ideaal. Een van de meest
succesvolle hobbyclubs is die in Dordrecht. Opgericht in 1950, en blijven bestaan tot begin jaren '70, steeds met een eigen
ruimte. Was het in het prille begin nog een achterkamertje, later
worden het ruime zolders, geheel volgens het voorbeeld uit het oorspronkelijke boek. De leden van de HCD (Hobby Club Dordrecht)
proberen de beschreven situaties in de hobbyclub-boeken van Leonard de Vries zoveel mogelijk na te volgen, inclusief het maken
van een film zoals dat in 'De jongens van de Hobby Club' beschreven staat. De HCD krijgt met enige regelmaat bijdragen van
de gemeente en industrie. Een bedrijf als Philips ontvangt ook hobbyclubs
uit het hele land en verzorgt rondleidingen (zo'n rondleiding staat ook beschreven in 'De Hobby Club breekt baan'). Er heeft
zelfs enige tijd een Stichting tot bevordering van het Hobby Club werk bestaan, met een secretariaat in Eindhoven. Het geloof
in technische vooruitgang wordt, zeker in de jaren '50, in brede kring gedeeld.
De Hobby's In zijn 'Handleiding voor het oprichten van een hobby club', geeft Leonard de Vries een overzicht van wat er zoal
mogelijk is. De nadruk ligt op 'technische' hobby's: radiotechniek natuurlijk, zijn eigen grote liefde. Verder elektrotechniek,
houtbewerking, metaalbewerking, modelbouw. Dan is er natuur- en scheikunde, biologie, sterrenkunde. En, zo schrijft De Vries:"Tenslotte
de min of meer kunstzinnige hobbies die vooral ook voor meisjes aantrekkelijk zijn: fotografie, film, beeldende kunst, kunstnijverheid,
toneel…" en zo gaat de opsomming nog even door. In zijn
boeken geeft De Vries levendige beschrijvingen van wat er allemaal met deze hobby's bereikt kan worden, compleet met uitleg
over hoe een en ander moet worden gedaan. Vaak gaat het om dingen waarbij samenwerking absoluut noodzaak is, geheel overeenkomstig
het ideaal. Een optreden van een fakir bijvoorbeeld, die via allerlei technische trucjes (afkomstig uit de radiotechniek)
over een telepathische begaafdheid lijkt te beschikken. Die fakir heeft fantastische kleding aan: gemaakt door de meisjes
van de hobbyclub. Ook bij het maken van de film komen vele vaardigheden
kijken, van technische kennis over de werking van lenzen tot het mooi beschilderen van decors. De zolder van de Hobby Club
Dordrecht heeft een donkere kamer voor de fotografie, een toneelzaaltje, een ruimte voor de modelbouwers, een radiostudio
en nog diverse andere ruimtes, waaronder één waar al het gereedschap, keurig genummerd, wordt opgeborgen. De
zolderindeling wordt regelmatig veranderd, want de belangstelling voor de diverse hobby's is behoorlijk aan mode onderhevig.
Radio en elektronica zijn in de jaren '50 erg populair. Niet alleen bij de hobbyclubs overigens. Deze periode is ook het begin van de Firato, een jaarlijkse tentoonstelling in de RAI in Amsterdam,
waar alle nieuwe snufjes op elektronica gebied werden gepresenteerd. Van de nieuwste tv tot de nieuwste rekenmachine. Het
was destijds een evenement van de eerste orde en de leden van hobbyclubs gaan er graag naar toe. In de jaren '60 wordt fotografie
bij de meeste hobbyclubs de grootste afdeling. En de Hobby Club Dordrecht weet zijn bestaan nog tot in 1974 vol te houden
dankzij een goed draaiende toneelclub.
De
Ondergang In 1966 verschijnt een herziene versie van de
twee populairste hobby-club boeken (die uit 1947 en uit 1953), kortweg 'De Hobby Club' getiteld. In zijn nawoord schrijft
Leonard de Vries: "Door allerlei oorzaken, waaronder de televisie en het wegvallen van bepaalde idealen door de grotere
welvaart, is het met het meeste jeugdverenigingsleven in Nederland de laatste 15 jaar bergafwaarts gegaan. In de loop der
jaren zijn steeds meer Hobby Clubs gesneuveld." De Vries hoopt dat deze herziene versie van zijn 'droom' een nieuwe stimulans
zal zijn, maar dat is tevergeefs. De Hobby Club Dordrecht blijft
nog een tijd floreren, maar van een landelijke opleving is geen sprake. De toegenomen welvaart is, zoals De Vries zelf al
constateert, een belangrijke schuldige. Jongeren hoeven niet meer 'botje bij botje' te leggen om een radio te bouwen met oude
onderdelen. Ze kunnen er zelf een kopen en voor wie nog interesse heeft in de techniek zijn er de zelfbouwdozen van de firma
Philips. Het geloof in vooruitgang via techniek neemt ook af en daarmee verdwijnt het bevlogen idealisme dat zo kenmerkend
is voor de jongens in de boeken van De Vries. Achteraf bezien heeft
dat idealisme ook een zekere braafheid. Weliswaar willen de hobbyclub jongens en meisjes niks van doen hebben met volwassen
leiders en zijn ze vol van gelijkheidsidealen, ze houden zich echter niet bezig met machtsverhoudingen in de maatschappij
om hen heen. Dat is precies hetgeen waar een nieuwe generatie jongeren, zeg maar even de jeugd van eind jaren '60, zich wel
op gaat richten. Zo wordt de Hobby Club een ouderwets fenomeen, waar nu, 50 jaar later, met weemoed op kan worden terug gekeken. Tekst, reportage en research : Gerda Jansen Hendriks Literatuur Er is een hele serie 'Hobby Club' boeken verschenen van de hand van Leonard de Vries. De belangrijkste: De Jongens van de Hobby Club, Amsterdam, 1947 De Hobby Club breekt baan, Amsterdam,
1953 De Hobby Club, Amsterdam, 1966 Verder is er het maandblad
Hobby Club, dat van 1949 tot 1952 heeft bestaan en de vele bladen van plaatselijke hobbyclubs. In 1954 schreef Leonard de
Vries ook 'Een handleiding voor het oprichten van een hobby club'. De geschiedenis van de Hobby Club Dordrecht is minutieus vastgelegd door een van de leden, Kees Snoek* en verschenen bij het opheffen van de HCD, in 1974. http://www.geschiedenis24.nl/andere-tijden/afleveringen/2000-2001/De-Hobbyclub.html#disqus_thread
Met dank aan Gerda Jansen Hendriks en VPRO/NPS
* Zijn verhaal over het fenomeen Hobby Club en de Wederopbouw in Nederland vindt U op de website Hobby Club Dordrecht.
2 februari 2011 om 14:46 uur door Jan Taco te Gussinklo Een tweedehands aankoop blijkt de aanloop tot een interessante ontmoeting.
|
Klik hier en Ghy zult vergroten |
Werp een blik in het Hobbyclubblad,
nummer 5, van Mei 1951, 2e jaargang.
|
Buitenkant |
Klik op foto voor vergroting.
|
Binnenkant |
Met dank aan Jan van Capelle.
|
(Klik voor vergroting) |
Zomaar twee willekeurige bladzijden uit de
Hobbyclub.
Klik hier voor meer afbeeldingen. Met
dank aan Willem Barten.
Hobbyclub Dordrecht
Henk Van de Merwe "Ik was lid van de Dordtse hobbyclub van 1965 tot ongeveer 1969. Op m'n twaalfde
een echte nerd, vooral geïnteresseerd in scheikunde. 4 jaar maar, maar erg belangrijk. Gedreven oudere leden die werkzaam
waren of studeerden in de gebieden die als hobby bedreven konden worden in de club, en de jonkies veel leerden. Ik had de
hele scheikunde van de MAVO al in mijn hoofd zitten voordat ik het echt kreeg. Later werden de artistieke hobbies en fotografie
belangrijker. Eenvoudig omdat de romantiek toen heel belangrijk werd, en daar de meisjes waren. De hippy-tijd brak los, en de
typische hobby-club sfeer werd als voorbij en ouderwets ervaren door de wereldbestormers die "we" , ( ik in ieder
geval...), dachten dat we waren. De eerste computers werden in schuurtjes ontworpen door fanatieke eigenwijze jongens,
die even niet mee deden aan de waan van die tijd. Het had de HobbyClub kunnen wezen, achteraf gezien."
23-12-2004 Historische filmvoorstelling
over de Dordtse Hobbyclub. Op zaterdagmiddag 8 januari is er weer een historische filmvoorstelling in de
Kunstkerk en deze keer staat daarbij de Dordtse Hobby Club centraal. De Hobby Club werd opgericht in 1950 en ontbonden
in januari 1974. Naast een film over de jeugdige hobbyisten, die in 1964 door de leden van de club zelf werd vervaardigd,
zal de heer Kees Snoek, die jarenlang secretaris was en momenteel werkt aan een boek over de Hobby Club Dordrecht, over
zijn tijd bij de club vertellen. De filmvoorstelling in de Kunstkerk begint om 14.00 uur. De deuren zijn open vanaf
13.30 uur. De voorstelling wordt herhaald om 15.30 en de toegang is gratis. In de jaren na de tweede wereldoorlog
stonden in vele families de populaire hobby club boeken van Leonard de Vries in de boekenkast. 'Het jongens radio boek',
'Het jongenselectriciteitsboek', en de serie hobby club boeken met titels als 'De Hobby Club op avontuur in de USA' en
De Hobby Club breekt baan' waren voor een aantal jeugdige Dordtse hobbyisten aanleiding om ook in Dordrecht een
hobbyclub op te richten. Het idee achter de hobbyclubs, die in die tijd ook elders in Nederland werden opgericht, was
dat de jeugd door de hobbyclubs hun mogelijkheden op een creatieve manier zou leren kennen en ontwikkelen. Dat was
nodig omdat men verwachtte dat de helft van de jeugd later een toekomst zou krijgen in de industrie. Dat was de toekomst.
Nederland zou, zo was de gedachte, zich vooral moeten specialiseren op
de kwaliteitsartikelen, omdat het arm aan grondstoffen was. Om deze kwaliteitsartikelen te kunnen ontwikkelen was
er veel wetenschappelijk onderzoek vereist. Het idee was om de jeugd via de hobbyclubs hun mogelijkheden te leren
kennen en te ontwikkelen. Kernwoorden daarbij waren creativiteit en samenwerking. In oktober 1949 waren er 17 clubs,
een jaar later al 70, waaronder dus de Dordtse. Radio en Modelbouw waren in Dordrecht de eerste twee richtingen.
Later werden daar ook fotografie, modelbouw, scheikunde en artistieke hobby's aan toe gevoegd. Vanmiddag vertelt
de heer Kees Snoek over zijn tijd bij de Hobby Club en de ontwikkelingen die de club heeft doorgemaakt vanaf de oprichting
in 1950 tot aan het einde in 1974. * Omslag van de Hobby Puk, het orgaan van de Hobby Club dat bestond
van 1953 tot 1971. De tekening met daarop de verschillende hobby's die in clubverband werden beoefend is van Wim Dolk. (niet
beschikbaar) * Hobbyclubleden verenigd op 13 mei 1959; v.l.n.r. Wim de Leeuw van Weenen, Eldert Nelisse, Paul v.d.
Weg, Gijs van Aardenne, Joop Schriever, Dirk-Jan Jongeneel, Ries Fok. (niet beschikbaar) Redactie: Jan
Alleblas, Stadsarchief telefoon (078) 649 23 17 Informatie: Ron de Bruijn Stadsarchief telefoon (078) 649 23 24 www.dordrecht.nl/stadsarchief
Hobbyclub Utrecht
Ad van de Graaf knutselt aan een versterker in een kelder
aan de Oudegracht, ca 1951. Foto A. v/d Graaf Het
duurde kort, maar in de beginjaren vijftig waren zogeheten Hobby Clubs voor een tijd populair. Dat schrijft Ad van de Graaf
in de nieuwe De Oud-Utrechter (uitgave nummer 4, 21 Februari 2012). Hij was zelf ook lid van de Hobby Club Utrecht en hield ervan om zelf radio’s
en versterkers in elkaar te zetten. De Graaf
schrijft over de Hobby Club die een onderkomen had in een kelder aan de Oudegracht. Lang duurde het knutselen niet want jongeren
vonden al gauw weer andere vrijetijdsbestedingen zoals flaneren en dansen. In 1952 sloot de club alweer nadat het in 1950
was gestart.
(Met dank aan Ad van de Graaf)
Leonard de Vries op het vliegveld van New York in 1951
met in zijn hand het maandblad Hobby Club. Het bezoek aan de Verenigde
Staten resulteerde in het boek: De Hobbyclub in de U.S.A. Hij
maakte de reis van drie maanden op uitnodiging, en kosten, van de Amerikaanse Ambassade in Den Haag. Hij is dan 32 jaar oud.
Noot: Hierbij
vermeldt de maker van deze site, dat hij geen commerciële bedoelingen heeft met het gepubliceerde materiaal over Leonard
de Vries. Indien u bezwaar heeft tegen het gebruik van materiaal, dan wordt u vriendelijk verzocht mij dit te melden.
|